Na 29,5 neemt oprichter Atze Boerstra op 1 juli 2025 afscheid van bba binnenmilieu om zich volledig te focussen op zijn werk als professor en onderzoeker bij de TU Delft. In dit afscheidsinterview blikt hij terug op zijn tijd als directeur van bba binnenmilieu en kijkt hij vooruit naar wat de toekomst hemzelf en bba te bieden heeft.

Waar ben je het meest trots op?
Ik denk dan toch wel het op de kaart zetten van het onderwerp binnenmilieu en gezondheid. Toen we in 1996 begonnen waren mensen vooral bezig met duurzame materialen, ecologie en energie, en minder met gezondheid en comfort in gebouwen. Ik ben er trots op dat wij het onderwerp ook landelijk echt op de agenda hebben weten te zetten. Specifiek bijvoorbeeld het binnenmilieu in scholen, dat toen der tijd echt onder de maat was. Die maatschappelijke bijdrage die we hebben geleverd is wat mij betreft erg betekenisvol geweest.

Wat had je achteraf anders willen doen?
Achteraf gezien had ik meer van mijn ideeën willen doorzetten. Ik had best wel vaak een goed idee (al zeg ik het zelf), maar nog voordat we het echt hadden uitgewerkt, had ik vaak alweer een nieuw idee waar ik al mijn energie in stak. Zo hebben we ooit (direct na de legionella-uitbraak in Bovenkarspel in 1999) een perfecte methode ontwikkeld om legionella-risico’s in kaart te brengen. Echter, na succesvolle inzet van de methode bij 2-3 klanten gingen we alweer verder met iets anders. Achteraf had ik in de beginjaren van bba best graag iemand naast me gehad, die alle ideeën tot een goed einde kon brengen.

Wat was de spannendste periode?
Financieel gezien waren met name 2003 en 2008 erg spannende jaren, hoewel ik met trots kan zeggen dat we beide gevallen hebben overleefd zonder dat we iemand hebben moeten ontslaan. Los daarvan was de COVID-pandemie natuurlijk ook een spannende tijd voor ons, met name het begin. In eerste instantie dachten we: kunnen we nu niet meer in gebouwen terecht, of valt zelfs al ons advieswerk weg? Achteraf was het juist een erg interessante periode voor ons, waarin we enkele van onze gaafste projecten hebben gedaan en we ontzettend veel geleerd hebben.

Heb je een speciaal woord richting klanten / relaties?
Ik maak een bewuste keuze om (bijna) fulltime voor de TU Delft te gaan werken, maar dat betekent niet dat het een gemakkelijke keuze was. Ik ga het advieswerk en het klantcontact zeker missen. Wekelijks in gebouwen komen waar problemen spelen en die problemen voor mensen kunnen oplossen, was en is natuurlijk erg bijzonder om te doen. Klanten daagden ons ook vaak uit om het beste uit ons advieswerk te halen. Op die manier wordt je ook beter als bureau.

Stop je helemaal met binnenmilieu / installatietechniek?
Nee, jullie zijn nog niet van mij af. Bij de TU Delft ga ik me bezighouden met innovatie in gebouwinstallaties op 9 verschillende onderzoeksgebieden. De primaire focus is installaties, maar altijd in relatie tot o.a. gezondheid, comfort, circulariteit en energiegebruik. Ik zal me zowel met onderwijs gaan bezighouden als met het initiëren en uitvoeren van meer fundamenteel onderzoek. Zo zijn we recent o.a. gestart met onderzoeken rond de thema’s adaptief thermisch comfort en circulaire klimaatinstallaties.

bba zonder jou, hoe zie je dat voor je?
Hier en daar zullen de accenten zeker wat verschuiven en er gaat vast een andere wind waaien. Ik denk en hoop echter dat bba in Nederland de unieke positie als ingenieursbureau gespecialiseerd in gezond bouwen, zoals we die 29,5 jaar geleden gecreëerd hebben, blijft behouden. We zijn best een specialistisch bedrijf en denk dat daar juist ook de kracht zit. De geplande verdere integrale samenwerking met moederbedrijf DGMR zal beide organisaties denk ik ook ten goede komen. Los daarvan heb ik mijzelf de afgelopen paar jaar al redelijk overbodig gemaakt, dus ik weet zeker dat de toko prima blijft draaien zonder mij en dat de kwaliteit van ons advieswerk ook in de toekomst gegarandeerd is. En mocht er in de toekomst een heel complex project voorbij komen, waar TU-ondersteuning bij nodig is, dan weten de bba-ers mij vast wel te vinden…